BABBELATELIER

pijl links pijl rechts

IETS VRAGEN:
HET UUR VRAGEN

dame die iemand aanspreekt om het uur te vragen
¿Qué hora es? Hoe laat is het?
¿Tiene hora? Weet u hoe laat het is? (ll. Heeft u het uur?)

Het uur zeggen

Son las dos (/tres/cuatro/cinco/seis/siete/ ...doce) Het is twee (drie, ...) uur.
Es la una. Het is één uur.
uurwerk dat de minuten aanduidt

Hoe laat?

Monstertje dat vraagt: Hoe laat?
¿A qué hora llegamos? Hoe laat komen we aan?
A las diez menos cuarto. Om kwart voor tien.
A las (dos) de la mañana Om (2) uur 's morgens.
de la tarde 's namiddags / 's avonds.
de la noche 's nachts.
A mediodía. Om 12 h 's middags.
A medianoche. Om middernacht.
entre las seis y las ocho tussen zes en acht
a eso de . las ocho rond, omstreeks acht uur
cerca de las ocho omstreeks acht uur
antes de las ocho voor acht uur
después de las ocho na acht uur
dentro de 10 minutos over 10 minuten

Van hoe laat tot hoe laat?

¿De qué hora a qué hora? Van hoe laat tot hoe laat?
De nueve a cinco. Van 9 tot 5..
Desde las nueve a las cinco. Van 9 tot 5..

Nog enkele nuttige woorden

un momento een moment, een ogenblik
un segundo een seconde
un minuto een minuut
un cuarto de hora een kwartier
media hora een half uur
temprano vroeg
a tiempo op tijd
tarde laat
retrasado,-a vertraagd
retrasarse te laat zijn
el retraso de vertraging



pijl links pijl omhoog pijl rechts

© Babbelatelier 2022